Vorige week trok ik naar het Hohnbachtal om voorjaarsbloeiers te fotograferen. De wilde narcissen stonden er verwelkt bij, té veel regen, té koud de afgelopen dagen. Tussen de modder en de kolkende beken begonnen de eerste bosanemonen hun kelkjes te openen.
Ongeveer twee weken geleden was het beginnen sneeuwen op de Hoge Venen. Samen met mijn fotomaat trokken we richting Brackvenn. Er lag een kleine 10 cm sneeuw en hier en daar was al een langlaufer onderweg geweest. Het was een kille, koude en donkere dag met weinig wandelaars.
Het Brackvenn ligt op 580 m hoog, grenst aan Duitsland en behoort tot de beschermde B zone van de Hoge Venen. Er zijn drie beschermde zones: zone B toegang alleen op aangeduide wegen; zone C alleen toegang onder begeleiding van een erkende gids en tot slot zone D die volledig verboden is.
De ijsvogel (Alcedo atthis) heeft een gedrongen lichaamsbouw, met korte pootjes, korte staartveren en brede vleugels. Zijn spitse snavel is ongeveer 4 cm lang en zit op een grote kop. De bovenkant van de ijsvogel schijnt kobaltblauw tot turkoois, afhankelijk van de lichtinval, de onderdelen zijn oranje. Het is een zeer schuwe vogel die leeft aan klaar stromend of stilstaand water waar kleine visjes leven. Vanop zijn zitplaats duikt hij pijlsnel naar beneden om een visje te vangen. Het blijft boeiend om deze vogel te observeren.
Op de uitkijk
Een pijlsnelle duik in het frisse water
Brrr, het koude water snel afschudden. Visje mee??
De purperreiger (Ardea purpurea) had ik tot voor kort nog nooit in levenden lijve gezien. Via de sociale tamtam kreeg ik de tip dat een jongdier de Eijsder Beemden (Nederlands Limburg) als tijdelijke verblijfplaats had gekozen. Het jonge dier bleef urenlang op zijn takje zitten en verroerde zich amper. En toen strekte het nieuwsgierig zijn nek en vloog weg.
Covid-19 had een streep getrokken door onze reisplannen voor Kreta in mei 2020. In oktober 2021 was het aantal besmettingen zo laag, dat we 3 weken naar het grootste Griekse eiland op vakantie trokken. Het was heerlijk genieten van de rust en de natuur.
Dag na dag kregen we bij zonsondergang een prachtig schouwspel te zien.
Nà de zonsopgang (zie vorig bericht) was het tijd om de focus op de heide te leggen. Het licht was nog zacht. Enkele macro experimenten leverden onderstaande foto.
Op alle weer apps stond duidelijk: bij zonsopgang nevel. Dat betekende voor mij fotomateriaal klaarzetten en om 5u het bed uit. Op weg naar de Brunsummer Heide hield ik de lucht regelmatig in het oog, ik wilde niet te laat zijn. Het was niet de eerste keer dat ik hier naartoe reed, dus wist ik wáár ik de opkomende zon wou fotograferen. Het heuvelige landschap heeft zo zijn voordelen en alles stond tijdig klaar om de zonsopkomst vast te leggen. Het lichtspel tussen zon en nevel vond ik boeiend.
Op de grens met Nederland, Vlaanderen en Wallonië, strekt Montagne Saint-Pierre/Sint-Pietersberg zijn flanken tussen de vallei van de Jeker/Geer en de Maas/Meuse. Zijn specifieke geologische, ecologische en klimatologische eigenschappen creëren er een uiterst belangrijk natuurgebied. Een trekpleister voor natuurfotografen. Als de orchideeën bloeien ben ik erbij.
Dit gebied wordt beheerd door Natagora en Natuurpunt. Een interactieve tentoonstelling in het Maison de la Montagne Saint-Pierre in Visé geeft een boeiende inleiding in de unieke fauna en flora en het ontstaan van het gebied.
Indien ik mij bij het identificeren van de orchideeën vergist heb, dan hoor ik het graag. Ik ben geen expert in het determineren van deze plantensoort.
Ieder jaar opnieuw toveren narcissen het Hohnbachtal in een geel tapijt. Overal waar je kijkt, rondom rond bloeien de narcissen. Een heerlijk gevoel om er rond te wandelen en het is de bevestiging dat de lente eindelijk in het land is.
Ieder jaar opnieuw worden de Hoge Venen bedekt met een laagje sneeuw. Soms is het wat meer, soms wat minder. Na de overdreven grote volkstoeloop van de voorbije weekends, reed ik donderdag richting Mützenich. Mijn doel was het Brackvenn, waar ik hoopte op wat minder platgetrapte sneeuwpaden. Net voorbij Eupen staken nog groene grassprietjes door de sneeuw. Enkele kilometers verder en wat hoger in België, was de sneeuw goed aangedikt. Op de bomen lag een flink pak en de bedekte lucht creëerde een echte sprookjessfeer.